Roman. Das Mag Uitgevers, z.p. 2018. Paperback. 397 bladzijden. Gratis e-book-versie erbij, of andersom - wat wil zeggen: je mag van Das Mag niet kiezen. Misschien maar goed ook: ik wilde het e-book hebben, omdat mijn kasten echt overvol zijn, maar heb uiteindelijk de papieren versie gelezen... wel weer eens lekker, immers, zo'n dikke emo-pil in handen. Bovendien qua binnenwerk mooi verzorgd. Fijne blad- en zetspiegels (ja, meervoud), goede letter, zowel het grotere als het kleinere romeinse corps, als ook het cursieve. In het e-book gaat dat zetspiegel- en corpsonderscheid, het onderscheid tussen hoofdtekst en ingebedde tekst, helaas goeddeels verloren.
De gelaagdheid van de vertelling, en de inter- of intra-tekstualiteit ervan en de tekstualiteit of schriftuurlijkheid van de ervaringen van de hoofdpersoon, die schrijfster is, en Bregje Hofstede heet, en een romandebuut achter de rug heeft, die gelaagdheid wordt mooi uitgebeeld door het gevarieerde zetwerk.
Leuk is dat het personage Bregje Hofstede gedebuteerd is met de roman De welp, wat dus niet het debuut is van Bregje Hofstede, want dat is De hemel boven Parijs (2014), en dat delen van die roman in deze roman zijn opgenomen, in een kleinere letter dan de rest en met behoud van zijn 'oorspronkelijke' paginanummering. Maar na zo'n De welp-passage blijkt ondertussen de numeroteur van de Drift-pagina's ook door te hebben geteld. Dat spel met paginanummers ben ik, als mijn opmerkzaamheid en herinnering me niet in de steek laten, nog niet eerder tegengekomen in een roman.
In een interview met Hofstede (excuus, geen link) las ik dat De welp wel een roman-in-aanbouw was van de echte Bregje Hofstede, maar dat die integraal in de prullenmand terecht is gekomen, alhoewel blijkens de 'Verantwoording' achterin Drift onderdelen ervan zijn voorgepubliceerd in Revisor en Das Magazin. Met een hoofdpersonage, een auteur en twee debuten zitten we, nog afgezien van al de andere citaten en quasi-citaten, lekker tussen de feit- en fictiepuzzelstukjes.
Een beetje slordig is dat het eerste deel (hoofdstuk?) uit De welp begint op een pagina met nummer 1. Boeken beginnen in het echt meestal op pagina 7, of, zoals Drift, op pagina 9.
Maar mooi weer vind ik dat de roman eindigt met het hoofdstuk 'Blik' uit die ingeblikte roman, waarin een jeugdiger heldin (tussen basis- en middelbare school), die nog geen dagboeken bijhield, zich een weg baant naar haar eigen identiteit.
Over de inhoud van Drift kan ik kort zijn. Op de binnenkant van het voorkaft staat die als volgt weergegeven:
een onverbloemd verhaal over iemand die wegloopt van huis omdat ze jarenlang wegliep van zichzelf. Over hoe overweldigend een eerste liefde is, totdat die je benauwt. En hoe elk liefdesverhaal uiteindelijk draait om bedrog.
Dat verhaal, dat paradoxaal genoeg onverbloemd heet te zijn, waarin die liefde, die volgens het hoofdpersonage mythisch is, wordt gere- en gedeconstrueerd, beslaat een periode van een bijbels aantal van veertig dagen waarin de wegloopster doolt, op drift is, van haar ankers geslagen. Dat hadden er voor de waarschijnlijkheid best 39 kunnen wezen, lijkt me. De mythe is nu wel heel hecht doortimmerd.
Aan de binnenzijde van de achterflap wordt een zin geciteerd, die me intrigeert: 'Door mijn hele lichaam heb ik het gevoel als na het missen van een trede.' Die deed me denken aan: 'In plaats van fantastisch en benijdenswaardig voelde ik me in Londen zoals wanneer je één stap te veel zet onderaan een trap'. Die laatste is uit de Nederlandse vertaling van Lisa Halliday's Asymmetry, een roman die - gedeeltelijk - ook over een mythisch te noemen en mislukte liefde gaat en waarin ook een roman geschreven wordt, maar die daarnaast nog veel meer biedt en meer open van structuur is, avontuurlijker, en meer nadenkt over de wereld van nu buiten de domeinen waar het navelpluis zweeft.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten