zaterdag 11 september 2010

Gerrie Hondius, Ik ontmoette een man

Uitgeverij Contact, Amsterdam-Antwerpen. 2e dr. 2010 [1e dr. 2010]. 165 blz. NUR 300.

Die NUR classificatie zet ik er maar even bij: Literaire fictie algemeen. Dit is inderdaad geen roman of novelle, geen verhalenbundel, en ook geen poëzie. Het is wel een erg leuk fictioneel experiment, of: een concept. Nog liever zou ik het willen vergelijken met wat in musea voor moderne kunst een 'installatie' heet. Nu ballanceren die installaties meestal op het randje van mijn artificiële tolerantie, maar Ik ontmoette een man van Gerrie Hondius is midden in mijn literaire smaak gedoken. Toch lijkt het een installatie: de ruimte van een kleine roman die is volgeschreven met tal van (ik meen ergens gelezen te hebben: 120) korte tot zeer korte stukjes proza, allemaal van een eigen titel voorzien. Het langste stuk beslaat drie bladzijden, de meeste zijn korter, veruit de meeste beslaan één pagina, en er zijn er ook die korter zijn dan een haiku. De kortste bestaat uit één zin, die iets meer dan een halve zetregel vult. En dan te bedenken dat het een boekje is van een leuk, klein formaat (179 x 115 x 15 mm).

Het boekje heet Ik ontmoette een man, omdat ieder stukje begint met de (hoofd)zin: 'Ik ontmoette een man'. Er zit een keiharde regelmaat in; je zou dat een rederijkerstrekje kunnen noemen. Maar in werkelijkheid begint bijna ieder stukje met die zin, om eerlijk te zijn; er zitten kleine varianten tussen. Je kunt het boekje ook vergelijken met Queneau's Exercices de style, maar dit zijn dan Exercices de thème, omdat de stijl steeds hetzelfde is (namelijk: humoristisch gortdroog) maar het plotje steeds anders is. Een andere vergelijkingsmogelijkheid is de seriële muziek (gek, want daar ben ik niet dol op). Je moet er als lezer misschien even aan dit proza wennen. Vervolgens krijg je de smaak te pakken. Dan slaat mogelijk even de verveling toe. Maar uiteindelijk zit je vroeg of laat in de cadans en dan gaan al die losse stukjes interfereren, en knetteren en vonken en fonkelen.

Ik kan me voorstellen dat er discussie over is of je dit boek in één keer moet lezen, of beter in stukjes (scheurkalender?) tot je moet nemen. Ik heb het in één keer ademloos uitgelezen. En lachend. Door alle herhaling en variatie ontstaat er tijdens het lezen een soort kaleidoskoop, en dus ook een geheel. Want de ik-figuur die alleen al door de gekozen opzet ieder stuk domineert, krijgt wel contouren door al deze facetten en ook door sommige herhalingen (de biologieleraar, het talent van de ik-figuur, om iets te noemen). Maar het boek draait, geloof ik, niet om die 'tragiek'; het is immers geen roman, laat staan een psychologische roman. Als je er al een roman in wilt zien, zou je het kunnen vergelijken met een zedenroman: een jonge, zelfstandige, talentvolle vrouw is voortdurend (vanaf de middelbare school) op zoek naar - laat ik het maar banaal benoemen - de ware. En ze vindt die ook steeds. Steeds weer opnieuw. Die bij tijd en wijle naar het promiscue neigende zoektocht wordt in dit vooral vrolijke, soms ook 'zielige' kleinood weergegeven.

Dat Hondius strips tekent is - als je dat weet - in dit boek terug te zien. Afhankelijk van de grootte van de stukjes zijn de alinea's of de stukjes als geheel te zien als de frames van een strip (niet een stripverhaal). Per dag zou er dus één stukje in de krant hebben kunnen staan. De paradox van gevoelens, zou een sub-thema kunnen zijn. De context van al deze stukjes in dit boek zorgt ervoor dat ook de schets op p. 146, de allerkortste, onder de noodzakelijke titel 'Verrassend', heel goed werkt: 'Ik ontmoette een volwassen man.'

Ik citeer ook de laatste (maar je moet het boek echt zelf gaan lezen; het is best moeilijk om de werking ervan te vertellen), mede omdat daarin bij mij een belletje ging rinkelen uit Quelques-uns de cent regrets, maar da's particulier:
Illusie

Ik ontmoette een man.
Hij maakte mij een illusie armer, en daar werd ik erg verdrietig van.
Met hoeveel illusies wordt een mens geboren, vroeg ik me af. Hoeveel kun je er in de loop van je leven verliezen? Zouden ze op een dag allemaal op zijn?
Nu had ik er alwéér een verloren.
Maar, bedacht ik, eigenlijk was het een illusie die ik al eerder had verloren - door toedoen van een andere man.
Je kunt dus dezelfde illusie vaker verliezen.
Je verliest ze niet, je houdt ze juist.
Ik heb mijn illusie nog, dacht ik. Ik heb hem niet verloren!
Ik overwoog een gat in de lucht te springen, maar hield me nog net in.
Hoeveel illusies kan een mens houden, vroeg ik me af.
Zou je er in de loop van je leven méér kunnen krijgen?
En als je juist van je illusies af wilt, wat moet je dan doen?

Nee, ééntje, dat werkt niet. Je moet er meer lezen. Alles. Voor die interferentie, het patroon, de herhaling, de variatie. Misschien is dit boek tot slot ook nog te vergelijken met een performance? Tijdens het lezen gebeurt het? Doe me een lol en probeer het.

2 opmerkingen:

Lauraaa, zei

wooow mooi boek! :D

Rein Swart zei

Het is heel bijzonder, maar ook afhankelijk van mijn stemming, merkte ik, want de eerste verhaaltjes vond ik geweldig en toen ik later het boekje weer oppakte vond ik ze minder, maar de keer daarna wel weer sterk. Anders dan korte verhalen kun je ze gemakkelijk doorlezen. Het is vooral leuk om verschillende keren de biologieleraar langs te zien komen. Ik hoop dat Gerrie hiermee doorgaat.