maandag 1 april 2024

Andreas Burnier, Een tevreden lach

Omslag van de 1e druk (1965)
E-boek op basis van de 12e druk, Augustus/ Atlas Contact, Amsterdam-Antwerpen, 2018. Oorspr. 1965.

Dit was en is nog steeds een krachtig debuut, een literair werk van bijna zestig jaar oud, maar van elke pagina spat de kracht nog af. Zo queer als wat. Of het een roman is, weet ik niet; en dat doet er ook niet toe. Ik citeer instemmend wat blurb van Xandra Schutte:

Autobiografie, schelmenroman, feministisch schotschrift, mystiek traktaat, – Een tevreden lach is een achtbaan waarin verhaal, essayistische terzijdes, overmoedige wisecracks en poĆ«zie in hoog tempo voorbij schieten.

Rosanne Hertzberger laat noteren:

Burnier [...] is een geestverwant, een rolmodel, grootmoeder der dwarsdenkers.

Het boek begint met een ‘Bericht’ dat met de deur in huis valt: ‘Elk boek is een gevaar.’ Een uitleg volgt er ook nog:

Elk boek is een gevaar dat de ziel in wil, dat niet de buitenwereld nog eens overdoet [...], noch een abstracte idee inbrengt. Wie de ziel in wil, moet door het niets heen, dat betekent door de angst.

Wanneer Simone, de hoofdpersoon van de meest romanachtige onderdelen van dit boek, via Joegoslaviƫ, Oostenrijk en Duitsland op terugreis is van een verblijf in Griekenland, raakt haar stemming steeds verder bedrukt:

Ik haatte de gedachte al aan Holland: het land waar alleen de sompige polders wijd zijn, en de rest beklemming, verstikking, kleinzieligheid.

Zo kras had Marsman het niet geformuleerd in zijn Herinnering aan Holland maar hij bedoelde het wel, denk ik. Simone gruwt van wat er voor haar ligt, als ze arts zal zijn: een praktijk in Zutphen of werkzaam in een polikliniek in Den Haag, bijvoorbeeld. En ze verzucht:

O goden, wat heb ik u aangedaan dat ik dit moet uitzitten, straks oud en alleen, een verachte flikker, een gesmade jood, of op zijn best een verkrampt, zielig, de Hollandse burgerschijn ophoudend namaakwezen. Waarom? Maar wat dan wel?

De bouwstenen van haar identiteit zijn geen van alle een vanzelfsprekend pretje, zeker anno 1965 in Nederland, maar andere waren niet voor haar. Echt ‘gezellig’ wordt het dan ook nergens in deze zinderende tekst (hoewel de tevreden lach uit de titel dat wellicht suggereert); kan ook niet; daarvoor staat er te veel op het spel.

Lezen, dit!

 

Geen opmerkingen: